Paragrafen

2 Weerstandsvermogen en risicobeheersing

Alle gemeenten zijn verplicht om een tabel met financiële kengetallen op te nemen in de begroting en de jaarstukken. Dit is opgenomen in een ministeriële regeling.

De kengetallen geven een globaal inzicht in de verwachte financiële ontwikkelingen in de gemeente. Een afzonderlijk kengetal zegt weinig over hoe de financiële positie moet worden beoordeeld. De kengetallen zullen in samenhang moeten worden bezien, omdat ze alleen gezamenlijk en in hun onderlinge verhouding een goed beeld kunnen geven van de financiële positie van de gemeente.

De volgende financiële kengetallen worden onderkend:

  1. a. Netto schuldquote
    b. Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen
  2. Solvabiliteitsratio
  3. Structurele exploitatieruimte
  4. Grondexploitatie
  5. Belastingcapaciteit: Woonlasten meerpersoonshuishouden

Om de bovengenoemde kengetallen te kunnen duiden is besloten om aan te sluiten bij de door de VNG (Vereniging van Nederlandse Gemeenten) gehanteerde signaleringswaarden. De VNG heeft een aantal signaleringswaarden ontwikkeld om een grofmazige waardering te geven aan de kengetallen. Het betreft dus nadrukkelijk geen normering maar het dient als hulpmiddel om de afzonderlijke uitkomsten in beter perspectief te plaatsen. Voor elk kengetal worden drie categorieën onderscheiden: ‘Minst risicovol’ (in groen), ‘Neutraal’ (in geel) en ‘Meest risicovol’ (in oranje). Zie onderstaande tabel:

Kengetal

Hoe interpreteren

Signaleringswaarden

Minst risicovol

Neutraal

Meest risicovol

1.Netto schuldquote

  1. Zonder correctie doorgeleende gelden

Hoe lager het percentage hoe beter

< 90%

Van 90% t/m 130%

>130%

  1. Met correctie doorgeleende gelden

Hoe lager het percentage hoe beter

< 90%

Van 90% t/m 130%

>130%

2.Solvabiliteitsratio

Hoe hoger het percentage hoe beter

>50%

Van 20% t/m 50%

<20%

3.Structurele
  exploitatieruimte

Hoe hoger het percentage hoe beter

>0%

0%

<0%

4.Grondexploitatie

Hoe lager het percentage hoe beter

<20%

Van 20% t/m 35%

>35%

5.Belastingcapaciteit

Hoe lager het percentage hoe beter

<95%

Van 95% t/m 105%

>105%

Bij de kengetallen wordt een toelichting opgenomen, op het moment dat er sprake is van een score “geel” of “oranje”. Wanneer het op basis van de toelichting nodig is, wordt er gelijktijdig gerapporteerd over (te treffen) beheersmaatregelen.

Financiële kengetallen

Rekening 2021

Begroting 2022

Begroting 2023

Begroting 2024

Begroting 2025

Begroting 2026

Netto schuld quote

18%

29%

29%

30%

24%

21%

Netto schuld quote gecorrigeerd

11%

22%

23%

23%

17%

15%

Solvabiliteitsratio

54%

54%

54%

55%

54%

54%

Structurele exploitatieruimte

2,38%

2,66%

3,02%

5,06%

6,94%

2,01%

Grondexploitatie

8%

8%

5%

3%

-2%

-5%

Belastingcapaciteit

96%

99%

97%

91%

86%

81%

Hieronder treft u voor de begroting per genoemd kengetal een uitleg aan, inclusief de berekening en beoordeling.

1. a. Netto schuldquote
Definitie:
De netto schuldquote geeft de verhouding weer tussen het niveau van de schuldenlast van de gemeente ten opzichte van de eigen middelen. Hierin is een nuancering op zijn plaats. Het kan namelijk voorkomen dat gemeenten veel geld doorlenen aan derden. Om die reden is de 'netto schuldquote gecorrigeerd' ontwikkeld. Hierin is het doorleeneffect geëlimineerd en geeft daarmee een zuiverder beeld van de positie van de gemeente weer.

Netto schuldquote (bedragen x € 1.000)

Rekening 2021

B2022

B2023

B2024

B2025

B2026

Vaste schulden

+

14.941

13.545

12.150

10.800

10.200

9.600

Netto vlottende schuld

+

5.197

5.000

5.000

5.000

5.000

5.000

Overlopende passiva

+

5.570

5.500

5.500

5.500

5.500

5.500

Financiële activa

-

Uitzettingen

-

10.719

6.000

6.000

6.000

6.000

6.000

Liquide middelen

-

472

-4.193

-7.114

-9.400

-5.344

-3.649

Overlopende activa

-

2.507

2.000

2.000

2.000

2.000

2.000

Totale baten

66.518

70.559

75.246

76.474

76.357

73.261

Netto schuldquote

18%

29%

29%

30%

24%

21%

1. b. Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen

Netto schuldquote gecorrigeerd (bedragen x € 1.000)

Rekening 2021

B2022

B2023

B2024

B2025

B2026

Vaste schulden

+

14.941

13.545

12.150

10.800

10.200

9.600

Netto vlottende schuld

+

5.197

5.000

5.000

5.000

5.000

5.000

Overlopende passiva

+

5.570

5.500

5.500

5.500

5.500

5.500

Financiële activa

-

4.786

4.786

4.786

4.786

4.786

4.786

Uitzettingen

-

10.719

6.000

6.000

6.000

6.000

6.000

Liquide middelen

-

472

-4.193

-7.114

-9.400

-5.344

-3.649

Overlopende activa

-

2.507

2.000

2.000

2.000

2.000

2.000

Totale baten

66.518

70.559

75.246

76.474

76.357

73.261

Netto schuldquote gecorrigeerd

11%

22%

23%

23%

17%

15%

Beoordeling:
Dit kengetal laat zien dat de gemeente in verhouding veel eigen middelen heeft (ter vergelijk: een ratio van 60% is het gemiddelde van alle gemeenten). De rentelasten en aflossingen drukken beperkt op de exploitatie.  

2. Solvabiliteitsratio
Definitie:
De mate waarin de gemeente in staat is aan haar financiële verplichtingen te voldoen. Dit wordt uitgedrukt in het percentage eigen vermogen ten opzichte van het balanstotaal.

Solvabiliteitsratio (bedragen x € 1.000)

Rekening 2021

B2022

B2023

B2024

B2025

B2026

Eigen vermogen

43.711

40.137

38.693

37.403

36.442

35.455

Balanstotaal

80.342

74.247

71.177

68.580

67.139

65.507

Solvabiliteitsratio

54%

54%

54%

55%

54%

54%

Beoordeling:
Hoe hoger dit percentage, hoe beter de weerbaarheid is. Een solvabiliteit groter dan 50% is positief te noemen. De gemeente Dalfsen heeft een solvabele vermogenspositie. De gemeente is goed in staat om financiële klappen en risico's op te vangen.

3. Structurele exploitatieruimte
Definitie:
Om een flexibele begroting te kunnen bewerkstelligen is het zinvol de structurele baten hoger te laten zijn dan de structurele lasten. De structurele exploitatieruimte wordt bepaald door het saldo van de structurele baten en lasten en het saldo van de structurele onttrekkingen en toevoegingen aan reserves gedeeld door de totale baten en uitgedrukt in een percentage.

Structurele exploitatieruimte (bedragen x € 1.000)

Rekening 2021

B2022

B2023

B2024

B2025

B2026

Structurele lasten

61.961

74.202

74.283

73.768

72.024

72.778

Structurele baten

62.140

74.906

75.246

76.474

76.357

73.261

Structurele toevoegingen aan reserves

0

220

20

20

20

20

Structurele onttrekkingen aan reserves

1.403

1.394

1.330

1.183

986

1.007

Totale baten

66.518

70.559

75.246

76.474

76.357

73.261

Structurele exploitatieruimte

2,38%

2,66%

3,02%

5,06%

6,94%

2,01%

Beoordeling:
Hoe hoger dit percentage hoe beter. Een positieve uitkomst van dit kengetal houdt in dat de gemeente structurele lasten kan afdekken door structurele baten. De (meerjaren) begroting is nu structureel sluitend door met name de algemene uitkering.

4. Grondexploitatie
Definitie:
De boekwaarde van de voorraden grond zijn van belang, want deze waarden moeten meerjarig worden terugverdiend bij de verkoop. De ratio wordt berekend door de bouwgrond in exploitatie te delen door de totale baten van de programmabegroting.

Kengetal grondexploitatie in %         (bedragen x € 1.000)                 

Rekening 2021

B2022

B2023

B2024

B2025

B2026

Niet in exploitatie genomen bouwgronden

0

0

0

0

0

0

Bouwgronden in exploitatie

5.344

5.729

3.648

2.673

-1.878

-3.880

Totale baten

66.518

70.559

75.246

76.474

76.357

73.261

Kengetal Grex

8%

8%

5%

3%

-2%

-5%

Beoordeling:
Het kengetal geeft aan hoe groot de grondpositie (de waarde van de grond) is ten opzichte van de totaal geraamde baten. Hoe lager dit percentage is, hoe beter voor de financiële weerbaarheid. De komende jaren zullen de voorraden gronden afnemen en daarmee zal de kwetsbaarheid worden verminderd.
Daarnaast is de gemeente Dalfsen momenteel actief bezig met het verwerven van toekomstige grondposities.

5. Belastingcapaciteit: Woonlasten meerpersoonshuishoudens
Definitie:
Het cijfer geeft inzicht hoe de belastingdruk zich in de gemeente verhoudt ten opzichte van het landelijk gemiddelde. De ruimte die een gemeente heeft om zijn belastingen te verhogen wordt vaak gerelateerd aan de totale woonlasten. Het Coelo en 'waarstaatjegemeente.nl' publiceren deze gegevens.

Woonlasten (bedragen x € 1.000)  

Rekening 2021

B2022

B2023

B2024

B2025

B2026

OZB last gezin gemiddelde WOZ waarde

355

374

380

386

393

400

Rioolheffing gezin bij gemiddelde WOZ-waarde

133

133

139

139

139

139

Afvalstoffenheffing voor gezin

253

245

230

230

230

230

Eventuele heffingskorting

0

0

0

0

0

Totale woonlasten voor gezin bij gem. WOZ waarde

741

752

749

755

762

769

Woonlasten landelijk gemiddelde T-1

773

763

776

830

888

951

Woonlasten tov landelijk gemiddelde jaar ervoor

96%

99%

97%

91%

86%

81%

Beoordeling:
De gemiddelde woonlast ligt voor een 'gemiddeld gezin' in Dalfsen lager in vergelijking met het landelijke gemiddelde. De daling ten opzichte van 2022 komt met name door een verlaging van het  vastrechttarief voor afval van € 15 met ingang 2023.

Deze pagina is gebouwd op 10/06/2022 16:29:17 met de export van 10/06/2022 15:33:19